Examples of using You ready to go in English and their translations into Dutch
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Very good. You ready to go, sweet bread?
You ready to go, partner?
Ben je klaar om te gaan, partner?You ready to go, Sam?
Ben je klaar om te gaan, Sam?So, you ready to go? Hi?
Hi. So, you ready to go?
Hoi. Dus je bent klaar om te gaan?Are you ready to Go Places?
Ben je klaar om het te gaan ontdekken?The holiday is over, are you ready to go to work?
Are you ready to go to your child-friendly holiday home in France?
Bent u klaar om te vertrekken naar uw kindvriendelijke vakantiewoning in Frankrijk?Are you ready to go all in?
Bent u klaar om te gaan in?Are you ready to go, Mr. Wilcox?
Ben je klaar om te vertrekken Mr. Wilcox?Director, are you ready to go?
Directeur, bent u klaar om te gaan?You ready to go?
Klaar om mee te gaan?Hey, Angle, you ready to go to lunch?
You ready to go clubbing?
Klaar om te gaan clubben?You ready to go now?
Okay, you ready to go to sleep?
Oké, ben je klaar, om te gaan slapen?You ready to go, Peg?
Klaar om te gaan, Peggy?Are you ready to go to sleep?
Ben je klaar om te gaan slapen?Hey. You ready to go to lunch?
Hoi, klaar om te gaan lunchen?Okay, Al you ready to go fishing?
Goed, AI… ben je klaar om te gaan vissen?
