"Kay" wordt niet gevonden op TREX in Duits-Nederlands richting
Probeer In Nederlands-Duits Te Zoeken (Kay)

Voorbeelden van lage kwaliteit zin

Er hat Kay geschlagen.
Hij sloeg Kay.
Kommt Kay? Nein?
Nee. Komt Kay ook?
Sie haben Kay verhaftet.
Ze hebben Kay te pakken.
Mein Name ist Kay.
Ik heet Kay.
Verzeih mir, Kay.
Het spijt me, Kay.
Kommt Kay? Nein.
Komt Kay ook? Nee.
Kay braucht ein Schwert.
Kay moet een zwaard hebben.
Hier ist Officer Kay.
Het is agent Kay.
Kay braucht ein Schwert.
Kay moet 'n zwaard hebben.
Kümmere dich um Kay.
Zorg voor Kay.
Sie sind Kay!
Jij bent Agent Kay!
Du weckst Kay auf.
Je maakt Kay wakker.
Weiß es Kay?
Weet Kay het al?
Kay, Liebling!
Lieve schat! Kay!
Falsche kennung kay ist tot.
Kay is dood. VALS ID.
Wie geht's Kay?
Hoe gaat het met Kay?
Aber Kay braucht ein Schwert.
Maar Kay moet een zwaard hebben.
Meine süße kleine Kay.
Lieve, lieve kleine Kay.
Ihr Name ist Kay.
Ze heet Kay.
Agent Kay, ihr zwei.
Jullie twee. Agent Kay.