Voorbeelden van het gebruik van Hij is gewoon in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Hij is gewoon kwaad op zichzelf, meer niet.
Hij is gewoon een beetje oud.
Mijn moeder zei:' Hij is gewoon artistiek.
Hij is gewoon slecht.
Hij is gewoon bang, dat is alles.
Hij is gewoon in een slechte bui, sinds ie gestopt is met roken.
Hij is gewoon een middel voor een doel, lieverd.
Pierce heeft ruimteziekte, of hij is gewoon oud ofzo.
Veiligheid heeft het hele gebouw doorzocht, niets. Hij is gewoon verdwenen.
Ik weet 't niet, hij is gewoon wat stil.
Hij is gewoon bang.
Hij is gewoon kwaad omdat ik hem niets gaf.
Hij is gewoon.
Dus hij is gewoon Donnie, de etende,
Hij is gewoon bang.
Nee, hij is gewoon een jongen.
Hij is gewoon zo.
Hij is gewoon weggerot.
Hij is gewoon voorzichtig.