Examples of using Autosleutels in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Ik heb de autosleutels niet.
Maar deze zijn… Dit zijn mama's autosleutels.
Gooi ze. De autosleutels.
Hij is zijn autosleutels verloren.
En de paspoorten en autosleutels.
Hij heeft mijn autosleutels.
En ik wil mijn autosleutels.
Ik wil je geld en je autosleutels.
Autosleutels organizer- buideltas met ritssluiting en sleutelring- granaatvorm.
Autosleutels worden bijgehouden in een kluis met meerdere sloten.
Autosleutels vallen niet zomaar uit het contact,
Autosleutels en de zak.
Autosleutels ook. In de zak.
Autosleutels.-Wat?
We verstopten Bennets autosleutels, zodat hij niet kon rijden.
Autosleutels. Zakmes. Mijn portemonnee.
Autosleutels moeten aan de receptie afgegeven worden.
Similar Images Aan Lichtbak toevoegen 25636776- Autosleutels en blauw sleutel hanger.
Ik heb het verknald. Autosleutels.
Buiten het cafe. Autosleutels.