Examples of using Het opzettelijk in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Zoek uit wie je bent en doe het opzettelijk.
Ja, ze deden het opzettelijk.
Nee, ik deed het opzettelijk.
Ja, ze deden het opzettelijk.
Je nam het opzettelijk.
Ik weet niet of hij het opzettelijk deed of niet.
Ik weet bijna zeker dat ze het opzettelijk deed.
Maar Libo deed het opzettelijk en wij zetten zijn werk voort.
Maar als hij het opzettelijk deed, waarom dan?
Ze doen het opzettelijk, en ze beroven de zaak niet.
Het opzettelijk verstrekken van foutieve informatie is een strafbaar feit.
Ze beten het opzettelijk door.
Dat maakt het opzettelijk.
Ja, je zegt dat het opzettelijk was.
Ze deden het opzettelijk.
Dus ging het opzettelijk.