Examples of using Is jouw fout in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Maar geef toe, het is jouw fout.
Het is jouw fout dat mama dood is. .
Dit is jouw fout, weet je dat?
Kijk. Dat is jouw fout.
Dit is jouw fout, Murray!
Kom terug. Het is jouw fout.
Alles is jouw fout.
Het is kapot. En het is jouw fout.
Dit is jouw fout, insectje.
Natuurlijk. Het is jouw fout.
Dit is jouw fout, John. Ian!
Natuurlijk. Het is jouw fout.
Dit is jouw fout door ze daar naartoe te laten gaan.
Kijk. Dat is jouw fout.
Het is jouw fout dat we hier zijn! .
Kom terug. Het is jouw fout.
Nee. Dit is jouw fout.
Je hebt gelijk. Het is jouw fout.
Ella, niets van dit alles is jouw fout.
Ja? Het is jouw fout.