Examples of using Jefferson in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Mijn Jefferson, we zitten opgesloten in een kistvormige doos!
Ik geef jullie ene Jefferson Rooney, president van deze verenigde Staten.
Mevrouw Jefferson kreeg een baby.
Het is tijd dat Jefferson de kracht van Firestorm voor zichzelf opeist.
Verbleef u in Jefferson Arms in Manhattan?
We hebben bevestiging van Jefferson Arms nodig.- Welke documenten?
Jefferson en de slaven.
Het is tijd dat Jefferson de kracht van Firestorm voor zichzelf opeist.
Je kunt veilig richting Jefferson en verder naar 12th en 13th Street.
Jefferson en zijn slaven.
Het is Jefferson.- Wat, wat?
Jefferson, dit is heel belangrijk.
Die teef van Jefferson in elk geval niet.
Wacht even.- Jefferson, je bent nog geen 21.
Mrs Jefferson kreeg haar baby.
Mevrouw Jefferson kreeg een baby.
Mrs Jefferson kreeg haar baby.
Jefferson heeft voor mij Ortolani gepakt.
En doe Jefferson de groeten van me.
Jefferson, Anissa, zelfs Jennifer, zijn kwetsbaar.