Examples of using Raj in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Raj, kun je even ergens aan ruiken?
Raj, kun je even ergens aan ruiken?
Raj, ik moet me verontschuldigen.
Raj, wil je morgen met mij meegaan?
Raj heeft ze ook.
Raj, ik zit in de val, dek me!
Raj was toch uit met z'n vrienden?
Raj, ze heeft me ingesloten!
Raj was toch uit met z'n vrienden?
Raj, ze heeft me ingesloten.
Raj, ga jij anders mee?
Raj, ik wil me verontschuldigen.
Raj is een speciaal geval.
Raj, wil je morgen met mij meegaan?
Na Raj leerde ik Gary kennen, en die is geweldig.
Raj, alles in orde?
Na Raj leerde ik Gary kennen,
Raj, wat doe jij hier?
En hier als Raj geen dessert had besteld.
Nu zijn het Raj en z'n vechthond.