Examples of using Vadim in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Hij is de vader van een zoon genaamd Vadim.
Een eerbewijs aan Vadim Linetsky.
Denk je dat zij anders zijn dan Vadim?
Verbond hem niet gelijk aan Vadim, maar de koerier belde Bojinkas telefoon.-
Vadim, laat iemand hem in de gaten houden
Breng je passagier naar de coördinaten… lever 'm uit aan Vadim en breng Oversight terug.
Breng je passagier naar de coördinaten… lever 'm uit aan Vadim en breng Oversight terug.
Was jou wisselkantoor dan Vadim's persoonlijke pinautomaat?
Bel Vadim.
Met Vadim?
En Vadim?
Vadim is ontsnapt!
Vadim leeft nog.
Vadim, lieverd.
Dat is Vadim.
Cameraleiding Vadim JOESOV.
Het was Vadim.
Cameraleiding Vadim JOESOV.
Vadim is omsingeld.