Examples of using Vickers in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Ze verliet mij voor die Vickers gozer.
Lul.- Hij heeft 't tegen jou. Vickers.
Swindon. Ik kreeg een baan bij Vickers.
Mevr. Wat zei ie, David? Vickers.
Ja, Mevr. Vickers.
T Is de Vickers fabriek!
Hé, Vickers.
Hé, Vickers. Hé, Vickers.
Vertel…- 't Is de Vickers fabriek!
Hé, Vickers. Hé, Vickers.
Gaat Vickers bijten?
Dus je gaat Vickers doden zodat hij stil is?
Hier Vickers.- Zorg dat 'n medisch team klaarstaat.
Jij ook, Vickers. Jawel, Captain.
Hier Vickers.
Hun vliegtuig was een omgebouwde Vickers Vimy bommenwerper.
Zijn werkelijke naam was Jeffrey James Vickers.
Maar je vergat Vickers.
Zorg dat 'n medisch team klaarstaat. Hier Vickers.
Vickers, checkpoint!