Examples of using Zet neer in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Ja, baas. Zet neer.
Oké, ik zet 'm al neer. Zet neer.
Meneer, stop. Zet neer.
Wat is toch je probleem?-Zet neer.
Meneer, stop. Zet neer.
Zet neer.
Zet neer.
Zet neer, MacGyver.
Zet neer!
Zet neer wat u eet of drinkt
Zet neer.
Zet neer en rot op.
Zet neer. Lieve hemel, Joanna!
Zet neer en eet.
Zet neer. Zal ik hem stukgooien?
Zet neer. Lieve hemel, Joanna!
Zet neer! Wat doe je daar?
Zet neer. Wat doe je daar?
Zet neer. Je stond te luisteren, hè?
Zet neer. Muttley!