LIEFERANT - vertaling in Nederlands

leverancier
lieferant
anbieter
lieferer
auftragnehmer
hersteller
versorger
verkäufer
händler
bezorger
lieferant
lieferjunge
bote
zusteller
lieferbote
kurier
botenjunge
fahrer
pizzabote
distributeur
händler
distributor
vertreiber
verteiler
vertriebspartner
vertrieb
vertriebshändler
zwischenhändler
lieferant
vertriebsunternehmen
leveranciers
lieferant
anbieter
lieferer
auftragnehmer
hersteller
versorger
verkäufer
händler

Voorbeelden van het gebruik van Lieferant in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Ecclesiastic category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Der Lieferant ist vielleicht noch aktiv.- Ja, 15.
Mogelijk zijn de leveranciers nog actief. -Vijftien.
Mein Lieferant hat gerade ein Kind verprügelt.
M'n leverancier heeft net een kind afgetuigd.
Unser Lieferant hatte ein Problem.
Onze bezorger had problemen.
Du bist mein Lieferant, nicht Eric.
Jij bent mijn leverancier, Eric niet.
Das ist der Lieferant in einem Pullover.
Dat is de bezorger in een trui.
Als Lieferant der großen Einzelhandelsunternehmen muß man größere Partien anbieten können.
Leveranciers van grote kleinhandelsondernemingen moeten grotere partijen kunnen leveren.
Der Lieferant hat kein Foto gemacht, sondern ein Video!
De bezorger heeft een video gemaakt!
Mein Lieferant erhielt eben seine Zahlung.
Mijn leverancier heeft net zijn betaling ontvangen.
A: Wir sieben Jahre kalte Lieferant und nehmen Geschäftsversicherung an.
A: Wij zeven jaar koude leveranciers en keuren handelsverzekering goed.
Engagiert als Hersteller, Lieferant und Exporteur, wir sind eine automatische Cashewnüsse Schneidemaschine.
Wij zijn een van de toonaangevende fabrikanten, leveranciers en exporteurs van optimale kwaliteit cashewnoten Machine.
Ich bin nur der Lieferant.
Ik ben gewoon de bezorger.
Ab jetzt ist er euer Lieferant.
Vanaf nu is hij jullie leverancier.
Herr Lieferant.
Tot ziens, meneer de bezorger.
Du wirst mein fester Lieferant werden.
Dat je mijn vaste leverancier wordt.
Komm schon. Ich bin der Lieferant.
Kom op. Ik ben de bezorger.
Er ist der Lieferant.
Hij is de leverancier.
Ich bin der Lieferant.
Ik ben de bezorger.
Ich war sein Lieferant.
Ik was z'n leverancier.
Bitte sag nicht, dass du Lieferant bist.
Zeg niet dat je een bezorger bent.
Barris Stone war der Lieferant.
Barris Stone was de leverancier.
Uitslagen: 2518, Tijd: 0.1457

Top woordenboek queries

Duits - Nederlands