PRAY - vertaling in Nederlands

Voorbeelden van het gebruik van Pray in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Ecclesiastic category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Ja. Warte, Pray.
Ja. Wacht, Pray.
Ich spiele Pray Tell.
Dan speel ik voor ik Pray.
Ich spiele Pray Tell.
Ik doe of ik Pray Tell ben.
Pray, wir müssen reden.
Pray. We moeten praten.
Pray, alles wird gut.
Pray, het komt goed met hem.
Nein. Pray soll sich anstrengen.
Pray moet harder werken.- Nee.
Jetzt nicht auch Pray.
Ik wil Pray niet verliezen.
Pray hört sowieso auf niemanden.
En Pray luistert naar niemand.
Ich besorge Pray das Mittel.
Ik zorg dat Pray die medicijnen krijgt.
Ich will leben, Pray!
Ik wil leven, Pray.
Pray Tell muss was dazu tun.
Pray Tell moet ook wat doen.
Ich nehme dieselben Medikamente wie Pray.
Ik slik dezelfde pillen als Pray.
Pray. Bitte. Ich kann nicht.
Ik kan het niet. Pray.
Das wollen Blanca und Pray Tell.
Ik weet dat dat is wat Blanca en Pray Tell willen.
Ich weiß ja nicht, Pray Tell.
Ik twijfel, Pray Tell.
Pray. Schatz, du musst dich anziehen.
Pray. Je moet je aankleden, schat.
Pray. Ich wollte dich nicht wirklich erstechen.
Pray. Ik wilde je niet echt opensnijden.
Richter, euer Urteil für Pray?
Jury, jullie scores voor Pray?
Kann ich mit Pray Tell allein reden?
Kan ik Pray Tell even alleen spreken?
Du wusstest, dass ich komme. Pray.
Ik zei dat ik zou komen. Pray?
Uitslagen: 136, Tijd: 0.0221

Top woordenboek queries

Duits - Nederlands