Voorbeelden van het gebruik van Weizen in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Lagerräume voll Weizen.
Ich habe mein ganzes Leben Weizen gegessen.
Oder Weizen.
Of tarwe.Weizen, vor 7 Jahren.
Zeven jaar geleden het graan.GeIber Weizen. Roter Weizen.
Rode tarwe. Gele tarwe.Ich habe ein paar 50-Kilo-Säcke Getreideschrot und Weizen gefunden.
Ik vond een paar zakken met gebroken maïs en graan.Sät der Bauer Weizen und Mais.
Op de velden zaait de boer tarwe en maïs.Zardoz befahl uns, Weizen anzubauen.
Zardoz laat ons graan kweken.Wir hatten 221 Hektar Weizen, Raps und Gerste geerntet.
We hadden 221 hectare geoogst met tarwe, koolzaad en gerst.gesunde Weizen.
gezond graan.Ich jedoch musste den Weizen verkaufen.
Ik moest de tarwe verkopen.Dieser Weizen ist von recht.
Dit is goed graan.Guck, wie der Weizen rausfliegt!
Kijk naar de tarwe vliegen!Zucker, Weizen.
suiker, graan.Die Bauern verkaufen teuren Weizen und wollen billiges Brot.
En ze willen goedkoop brood. Die boeren verkopen hun tarwe duur.Ich bin Gottes Weizen.
Ik ben het graan van God.Testen Sie ihn auf Kuhmilch, Weizen und Hülsenfrüchte.
Je kunt hem testen op zuivel-, tarwe- en peulvruchtallergien.Vielleicht Weizen.
Tarwe misschien.Und mit Getreide meine ich Weizen, Mais, Reis.
Daarmee bedoel ik tarwe, maïs, rijst.Angebaut wurden überwiegend Weizen und Gerste.
Men verbouwde vooral koren en gerst.
