Voorbeelden van het gebruik van Allison in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Allison, Sam Lowry.
Ik moet met Allison praten.
Ja.- En toen ik Carlos ontmoette… Allison?
Heb je Allison vermoord?
Het is Jo. Allison Carter.
Help me, alsjeblieft.-Allison.
Val, dit zijn Janie en Allison.
Jack… Carter zit in Allison, nu?
hij is onze enige uitweg.- Allison.
Hopelijk hebben jij en Allison geen plannen.
Ik ben Allison Stallings.
Ben jij Allison?
Een oude vriend. Allison, Sam Lowry.
Dat is niet waar, Allison.
Ze zegt dat Eugene Allison Wells heeft geholpen.
Je bent niet goed geweest, Allison.
Op Bud en Allison.
Heb jij Allison gezien?
Van tante Allison.
Josh heeft het uitgemaakt met Allison.