Voorbeelden van het gebruik van Anabel in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Anabel is vermoord!
Anabel is kwaadaardig.
Anabel vertrouwt niemand.
Anabel, rustig maar.
Anabel is vermoord.
Is Anabel vermoord?
Anabel is vermoord.
Anabel. Je moeder!
Want Anabel beheerst het boksen.
Heb je Anabel neergestoken?
Anabel verkoopt me aan medegevangenen.
Een mooie herinnering aan Anabel.
Anabel verbranden is gerechtigheid?
Ik wil Anabel dwarszitten!
En Anabel geeft me ultimatums.
Anabel geeft niets gratis.
Anabel wil mij toch niet.
Anabel Rook jij wiet?
Anabel ligt er al uit.
Anabel, heb je iets?