Voorbeelden van het gebruik van Annapolis in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Ik slaagde op Annapolis.
Bel de politie van Annapolis. McGee.
Hij ging niet naar Annapolis, sir.
We woonden in Annapolis.
Krusty bezoekt familie in Annapolis.
Lemand van Annapolis.
Voor een man die naar Annapolis ging?
Het busje van Culpeper is achtergelaten in een steegje in Annapolis.
Kijk wat jullie met m'n levenheb- ben gedaan. Annapolis.
Isabelle en ik hebben mekaar ontmoet tijdens m'n laatste jaar Annapolis.
Een week voor de eerste roof op de hypotheekbank Annapolis.
Bernard Addison(Annapolis(Maryland), 15 april 1905- Rockville Center,
Asaph Hall(Goshen(Connecticut), 15 oktober 1829- Annapolis(Maryland), 22 november 1907) was een Amerikaans astronoom,
James M. Cain(Annapolis(Maryland), 1 juli 1892- University Park(Maryland),
Sherman Rockwell Clark(Baltimore(Maryland), 16 november 1899- Annapolis(Maryland), 8 november 1980) was een Amerikaans stuurman bij het roeien.
Leo Strauss(Kirchhain(Hessen), 20 september 1899- Annapolis(Maryland), 18 oktober 1973)
En naar Annapolis te gaan, zoals vroeger. Ik weet het niet, wat dacht je ervan een luchtschip te pakken,?
En de golfbaan van Annapolis Valley. De enige twee plaatsen waar Blauwe pauwen zitten,
je me mee smokkelde naar de verboden zone op Annapolis.-O ja?
onder meer door hun deelname aan het follow-upcomité van de Arabische Liga en de bijeenkomst in Annapolis in november 2007.