Voorbeelden van het gebruik van Bobs in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Bobs schedel was een bom.
Bobs telefoon staat uit.
Bobs ogen bloeden.
Ik hoorde Bobs boodschap luid en duidelijk.
Bobs vrouw? Die is vorig jaar overleden.
Hopelijk vind ik aanwijzingen op Bobs computer.
Wat doe je op Bobs telefoon?
Wat vond je van Bobs dood?
We leggen wel een matras naast Bobs bed.
Alleen vrienden noemen me Bobs.
We wisselen Bobs vijfje.
Denk aan Bobs woorden.
Ron, doe hem in Bobs zak.
Ik doe het met Bobs vrouw Coralee.
We eten Bobs lievelingskostje.
En dit gebeurde onder Bobs toezicht.
Dit lijken Bobs schoenen.
Bobs. Zo goed je weer te zien!
Alleen Bobs agenda is belangrijk voor hem.
Bobs routine is niet die van Poirot.