Voorbeelden van het gebruik van Bowden in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Meneer Bowden.
Duke Bowden.
Meneer Bowden.
Sorry, meneer Bowden.
Christina. Christina Bowden.
Hij heet Duke Bowden.
Met Cassie Bowden.
Zij heette Bowden.
Ik heet Todd Bowden.
Ene Trista Bowden.
Ik heb Bowden gevonden.
Christina Bowden? Geef mij?
Ik heb John Bowden gevonden.
Aandacht, Cassie Bowden.
Ik heb Bowden laten komen.
John Bowden verstopte zich daar.
Generaal Bowden houdt ze paraat.
Eenzijdige spiegel, meneer Bowden.
Lk kom voor Ken Bowden.
Ik kom voor Ken Bowden.