Voorbeelden van het gebruik van Bubby in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
En Bubby is ons geheim.
Jij bent Bubby, nietwaar?
Bubby heeft pizza voor kat.
Zit er niet mee, Bubby.
Bubby huilt mee met Rachels verdriet.
Zoals wie is Bubby, bijvoorbeeld?
Waarom noem je hem verdomd Bubby?
Bubby heeft pizza voor kat. Blijf.
Toch, Simon? Hij komt u wat Timoxy bubby.
Bubby is niet gewend om buiten te zijn.
Wees niet zoals hen. De kwestie is, Bubby.
Vertel het aan niemand. En… Oké. Bubby?
En dat is wat je hoort te doen, Bubby.
Bubby, neem die kat mee naar buiten, wil je?
Dit is Bubby. Ze gaf me warme maaltijden toen ik in m'n auto woonde.
Probeer te begrijpen dat ik en Bubby, wij zijn hier sinds lang op ons eigen.
Timoxy bubby… Timoxy bubby… Hij komt u wat Timoxy bubby… Een middel geven waardoor u zijn bevelen opvolgt.
Bubby is lief jongetje.
Bubby stout gemeen jongetje, smerige kuttenkop.
Bubby niet meer passen daar buiten.