Voorbeelden van het gebruik van Danno in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Arresteer haar, Danno.
Danno houdt van je.
Arresteer hem, Danno.
Arresteer hem, Danno.
Arresteer hem, Danno.
Arresteer hen maar, Danno.
Sluit hem op, Danno.
Alles in orde, Danno?
Wat is er, Danno?
Het is geen afval, Danno.
Waar gaan we naartoe, Danno?
Ik hou van je, Danno.
Weet je wat ik denk, Danno?
Wil je dat ik hem arresteer? Danno.
Ga je me ooit vertellen wat Danno betekent?
Dat is Danno. Wil je wat drinken?
Ik beloof je dat ik Danno thuis breng.
Danno. Ze zeiden dat hij is gearresteerd voor moord!
Dat doen al mijn vrienden. Noem me Danno.
Vertel Grace dat Danno van haar houdt, oké?