Voorbeelden van het gebruik van Earn in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Wacht, Earn.
Een applaus voor Earn.
Schoenen uit.-Earn.
Earn wil origineel doen.
En jij en Earn?
Moeten jullie Earn hebben?
Echt een hoop gelul, Earn.
Wil jij ook wat, Earn?
Jij hebt Earn gekozen.-Gewoon.
Hoeveel heeft dit je gekost, Earn?
Lottie slaapt, Earn moest weg.
Earn? Maak
Maak dat je opstaat. Earn?
Waarom dwing je me hiertoe, Earn?
Goed je weer te zien, Earn.
Met Earn, de manager van Paper Boi.
Niet zo…-Ja, Earn. Wisselen maar!
Willen jij en Earn soms een baby produceren? Hoezo dan?
Jij weet ook wel dat je Earn voorlopig niks betaalt.
Twee verdachten, rapper Paper Boi en manager Earn Marks, zijn aangehouden.