Voorbeelden van het gebruik van Lilly in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Weet je nog toen Lilly was geboren?
Maar ik heet Lilly.
Lilly, doe de deur open!
Lilly, geef me een troostvoorwerp.
Lilly, wat moeten we doen?
Lilly, we moeten het redden!
Alsjeblieft. Weet je nog toen Lilly was geboren?
Lilly, wat voer je in je schild?
Op een keer zag ik Lilly Tomlin op de luchthaven.
Lilly, waar blijf je?
Lilly heeft vergevorderde alzheimer. Wat?
Over tien jaar laat hij Lilly opnemen in Renfield House.
Lilly… -Ik heb haar gevonden.
Hallo jij moet Lilly zijn, ik ben Deuce.
Lilly heeft gelijk,
Lilly mag niet opgroeien met een vader in de cel.
Wat doe jij hier?-Lilly.
Ik kocht voor Lilly de schatigste kleine jurk vandaag.
Lilly, schiet op. Jullie zullen alleen nog doen…!
heet Lilly Deacon.