Voorbeelden van het gebruik van Lins in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
De linzen zijn klaar.
De linzen zijn voor mij.
De linzen waren te gaar, hè?
De linzen waren op, zei de winkelier.
Hemelse linzen, kruidige kikkererwten.
Zoals worstjes met linzen of corned beef.
Linze het ei. Zo dom.
Smul van linzen of bonen.
Bonen, linzen en alle soorten bonen eet ik niet.
De linzen zijn heerlijk.
Niemand kookt zwarte linzen beter dan Tijger.
We hebben rijst met linzen en sliertjes ui erin.
Het houdt de linzen in de kom.
De linzen en rijst samen.
Onze dagsoepen zijn linzen en tortilla.
Dosa is gemaakt van rijst en zwarte linzen.
Ik zie quinoa en linzen.
Ik heb ooit linzen gegeten.
Je eet nu pompoen en linzen.
Ik moet deze linzen wassen.