Voorbeelden van het gebruik van Markies in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Ik ben een vriend van de markies.
Daar staat het kasteel van markies de Sade.
Da ist das Schloss vom Marquis de Sade.Bertie Pelham is nu de Markies van Hexham?
Bertie Pelham ist jetzt der Marquis von Hexham?Als Bertie een markies is.
Wenn Bertie ein Marquis ist.Net zoals je het de markies leert.
So wie du es den Marquis lehrst.Ik ben introducee van de markies.
Ich bin der Gast des Marquis.Zijn naam is William George Spencer Cavendisch, markies van Harington.
Sein Name ist William George Spencer Cavendish, Marquis von Hartington.Ik ben markies de Labordere.
Ich bin der Marquis de Labordere.Markies De Cinq-Mars zou geschikt zijn, Sire.
Der Marquis de Cinq-Mars wäre dafür geeignet, Sire.Markies De Mirabel kwam haar gisteren tegen de avond opzoeken.
Der Marquis de Mirabel kam gestern bei Nachtanbruch zu ihr.Markies De Cinq-Mars geniet al mijn vertrouwen.
Der Marquis de Cinq-Mars genießt mein Vertrauen.De Markies de Nichols.
Der Marquis de Nichols.Markies De Maynes trouwt de eerste week van juli.
Der Marquis de Maynes heiratet sein Mündel.Ah, de Markies de Sade. Niets speciaals.
Ah, der Marquis de Sade. Nichts Besonderes.Markies d'Andervilliers nodigde ons uit voor een jachtpartij.
Der Marquis d'Andervilliers lud uns zu einer Jagd ein.Wat hoor ik daar, Markies Guan?
Was höre ich da, Marquis Guan?Ik beloofde 't aan de Markies.
Ich habe es dem Marquis versprochen.Op eigen risico, Markies.
Auf eigene Gefahr, Marquis.Het spijt me, het zal u bedroeven. Markies, het is.
Es tut mir leid. Marquis, es handelt sich.Mijn liefste Markies.
Mein kleiner Marquis.
