Voorbeelden van het gebruik van Mart in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Hé, welkom bij Y'all Mart.
Hij is aan de overkant, in de nieuwe Jumbo Mart.
Mart zal je horen. Hallo?
O Mart, je hebt geen pik!
Mart zal je horen.
Angie Mart, Sid Shaw in de studio.
Hallo? Mart zal je horen.
Ik ken Stephen van de Brentwood Country Mart.
En terwijl de chauffeur schoner wordt, wordt Mart rijker.
Daarom ga ik liever naar de Large Mart.
Waarom ben jij hier, Mart?
Deze hele lente opruiming bij Clothes Mart.
Dit gaat om Mart.
De originele route op weg naar de Trade Mart.
Mart om een maximale hoogte
Mart en ik zijn niet… Het zijn mijn zaken niet wat een man doet.
De heer Mart.-(FR) Zou de Commissie het ge woon over zich heen laten gaan dat haar naam en haar embleem voor een reclamecampagne van een immobiliënmaatschappij werden gebruikt?
Edward Donnall(Don) Thomas(Mart(Texas), 15 maart 1920- Seattle,
Camp de Mart, Plaça del Rei zijn tot de nok toe gevuld.
Zo was er vandaag een Servische sloopexpert in de Large Mart.