Voorbeelden van het gebruik van Pil in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Ze had een pil ingenomen.
Ik had de pil genomen!
Het is de pil.
Ik waarschuw u: Als u misbruik maakt van de pil, krijgt u hem niet meer.
En we hebben geen pil nodig of een toegangskaart om dat te doen.
Dus je neemt zo'n pil en je hoeft niet meer te slapen?
Hoe wist hij welke pil ze zou nemen?
Pil heeft jullie nodig. Nee.
Heb je je pil ingenomen?
Unique, je kunt de pil niet innemen.
Ik heb die pil ingenomen.
Wat is dat? De pil?
Je pil.
Ik moest 'n pil om geen stijve te krijgen.
Ruzie met moeder over de pil.
Stop die pil in je mond. Goed zo.
Pil, heb je gezien hoe snel de bouw gaat?
Ik moet iets stevigs eten voordat ik m'n pil inneem.
Ik ben niet tegen de pil.
T recept en de pil.