Voorbeelden van het gebruik van Steinar in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Ben jij dat, Steinar?
Hoe doet Steinar het?
Ik ben Steinar, zoon van Bagsecg.
Steinar. Dit is niet goed.
Steinar, ik moet met je praten.
Ik kan daar niet ingaan, Steinar.
Harald heult met de Saksen. Steinar.
Het museum heeft net iets van Steinar aangekocht.
Pak hem, Steinar.- Je schouder eronder.
Posters. Ingunn en Steinar maken videokunst. Billboards.
Kom op, Steinar, duw. Begin.
Vragen om donkere daden, Steinar. Donkere tijden.
Steinar, bel me en vertel me wat er is.
Prima. Steinar, het komt toch wel goed?
Steinar solliciteerde ook naar de baan van groepsleider. Nog iets.
Hagen Grettison. Mijn naam is Steinar, zoon van Bagsecg.
Fijn dat jullie zo snel konden komen. Steinar Skagemo.
Steinar, Harald heeft een deal gemaakt met de Saksen.
Nou, Steinar, je hebt de schietoefening weer gemist. Ja?
Wil jij nog iets, voordat Steinar het huis uitruimt?