Voorbeelden van het gebruik van Tijger in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Wij noemen hem Tijger.
Na het afleveren van de tijger.
Tiger Woods. Tijger.
En ten slotte: meester Tijger.
En je hebt net de tijger losgelaten.
Wees de tijger.
Het monster van Bau Gu was niemand minder dan Tijger.
Hij zegt dat hij het pad van de tijger kent. Dankjewel!
Nee, ze is een tijger.
Ik ben Tijger.
Hij redt z'n eigen leven en dat van de tijger.
Soms… droom ik dat ik 'n tijger ben.
Ik wil een tijger zijn.
Het oog van de tijger.
Waarom niet Tijger?
Het is vanwege de tijger.
Het is mogelijk dat het mijn tijger is.
Sorry, tijger.
Je baas is echt van streek over die tijger, hè?
Nee, ik heb het over zijn tijger.