Voorbeelden van het gebruik van Conjunctivitis in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Medicine
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Conjunctivitis oogontsteking.
Conjunctivitis waaronder conjunctivitis, traanstoornissen.
Soms: conjunctivitis.
Vaak: Conjunctivitis.
Conjunctivitis, oogpijn.
Hij heeft conjunctivitis.
Conjunctivitis Droge ogen.
Toegenomen traanafscheiding; Conjunctivitis.
Miosis, conjunctivitis Hartaandoeningen.
Conjunctivitis, abnormaal zien.
Oogontsteking bijv. conjunctivitis.
Oogaandoeningen Vaak: conjunctivitis.
Conjunctivitis een soort oogontsteking.
Diplopie, wazig zien conjunctivitis.
Conjunctivitis Onscherp zicht Uveitis, episcleritis.
Conjunctivitis(oogontsteking), oogirritatie.
Vaak lijkt het conjunctivitis en iritis.
Vaak: conjunctivitis, verminderde visusscherpte.
Heb je conjunctivitis?
Soms: conjunctivitis, toegenomen lacrimatie.