Voorbeelden van het gebruik van Farthing in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Het was Farthing en Gale.
Dominee Timothy Farthing… Wat?
Wilt u, juffrouw Farthing?
Mr Farthing wilde me spreken.
Sluit die deur Juffrouw Farthing!
Farthing en Gale, veldwerker en analist.
Ren! Sluit die deur Juffrouw Farthing!
Er zit ook een farthing in.
Rennen.-Deur dicht, Miss Farthing.
Farthingale. Farthing en Gale waren spionnen.
Een farthing, leuk op de vensterbank.
Rennen.-Deur dicht, Miss Farthing.
Beide Farthing en Gale… bewaarde al hun bonnetjes.
juffrouw Farthing!- Rennen!
Die ochtend had Olive gewerkt bij Half Farthing Piggery.
juffrouw Farthing?
Kent u Edward Farthing? Wat is er gebeurd?
En Farthing en Gale, de veld-agent, de analist.
Edward Farthing. Dat is 'm, maar dit adres klopt niet.
Wilt u, juffrouw Farthing? Breng het aandeelhoudersboek.