Voorbeelden van het gebruik van Rummy in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Het was Rummy.
Het heet Gin Rummy.
We kunnen rummy spelen.
We… we speelden Rummy.
Wie heeft je rummy geleerd.
Gin rummy, beste uit vijf.
Of misschien Gin Rummy?
Hij komt geen gin rummy spelen.
Wat heeft Rummy hierover te zeggen?
Wil je gin rummy spelen?
doorweekte rummy!
Ik speelde poker met Rummy".
Het is een rummy geval helemaal.
Meer van een gin rummy man.
Ooit gin rummy gespeeld?
Het is hetzelfde als gin rummy.
Speel je toevallig gin rummy?
Ik en Hunny speelde gin rummy.
Een spelletje gin rummy dan?
Vanavond spelen we rummy met Cognata.