Voorbeelden van het gebruik van Trojaans in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Die Trojaanse juwelen zijn een strop om je nek.
Gooi die Trojaanse teef overboord!
Heilig Trojaanse paard!
Ons Trojaanse paard.
Waar is die Trojaanse olifant die me tegenhield?
Trojaanse soldaten zijn omgekomen omdat ze jou wilden beschermen.
Trojaanse hoer! Wie mag eerst?
Trojaanse hoer. Wie eerst?
Trojaanse hoer. Wat is dit?
Virussen, Trojaanse paarden en andere malware.
Oorlogen had gevochten. Ik zou willen dat ik in de Trojaanse.
Tot zover je Trojaanse paard.
Plantaardige oliën zijn miniatuur Trojaanse paarden.
Ik ga niet jou Trojaanse paard zijn.
Wie mag eerst? Trojaanse hoer?
Wat is dit? Trojaanse hoer?
Laat me hun Trojaanse hielen roosteren.
Geloof me, we zijn geen Trojaanse spionnen.
Voel mijn zwaard, Trojaanse hond!
Zijn ontdekking verraste de wereld, maar wanneer hij dieper groef naar Trojaanse artefacten, vernietigde hij de bovenliggende grondlagen.