Voorbeelden van het gebruik van Blufte in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Ik dacht dat ie blufte.
Stemple blufte, dus nu gaan wij bluffen. .
Tremaine niet blufte?
Hij blufte deze keer niet.
Ik blufte. Maar hij weet wat ik deed.
Hij blufte.
Tenzij hij ook blufte.
Da's een goeie,'Ik blufte…' Hufter!
Jij had boeren en achten, en zij blufte met een paar zessen.
ik nooit vals speelde en zelden blufte.
Ik wist dat je blufte toen je oog begon te knipperen.
Bracken weet nu dat ik blufte… en dat ik geen bewijs tegen hem heb.
Ik ontmoette hem kaartspelend in de oorlog. en hij blufte toen ook.
ik probeerde te doen, en hij zei dat ik blufte.
Ik ging de ring in. Ik blufte. Ik had alles gedaan.
Mijn punt is, dat je typisch Harvey zei, voordat je zelfs wist dat hij blufte omdat je denkt dat Harvey niet integer is.
We bluften maar.
Misschien hoopte hij dat we bluften.
Bluffen is wanneer je geen enkele kans maakt om 't spel te winnen.
Want bluffen met kaarten is niet hetzelfde als bluffen tegen Nazi's.