Voorbeelden van het gebruik van Jace in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Bedankt, Jace.
Dat is Jace niet.
C'est pas Jace.Jace is sterk.
Jace est vaillant.Ze maken Jace af.
Ils vont tuer Jace.Niet doen, Jace.
Jace, ne fais pas ça!Jace is een bijnaam.
Jace est un surnom.En Jace wordt nog vermist!
Et Jace a disparu!Hij heet Jace.
Il s'appelle Jace.Jace, hierzo.
Jace, par ici.Ze hebben Jace vermoord.
Ils ont tué Jace.Jace wilde ons waarschuwen.
Jace a essayé de nous prévenir.Wie, Jace?
Qui, Jace?Dat je verliefd bent op Jace.
Que tu es amoureux de Jace.Ik ben Jace.
Je m'appelle Jace.Jace lijkt nogal een heethoofd.
Jace a l'air impétueux.Jace is geen verrader.
Jace n'est pas un traître.Waar is Jace?
Où est Jace?Met Jace Felder?
Contre Jace Felder?Ik ga Jace halen.
Je vais chercher Jace.Mijn naam is Jace Corso.
Le nom est Jace Corso.
