BUNCHY - vertaling in Spaans

• bunchy

Voorbeelden van het gebruik van Bunchy in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans

Ze heeft Bunchy opgepakt en hij wordt aangeklaagd
Ha arrestado a Bunchy, le va a acusar de asociación ilícita

Oom Bunchy's baby, kan ieder moment komen nu.
El bebé del tío Bunchy podría llegar cualquier día de estos.

En Bunchy?
¿Y Bunchy?

Nonkel Bunchy!
¡Tío Bunchy!

Onze lieve Bunchy.
Nuestro querido Bunchy.

Bunchy gaat trouwen.
Bunchy va a casarse.

Fijne kerst, Bunchy.
Y Bunchy, feliz Navidad.

Bunchy is overstuur.
Y Bunchy se está desesperando.

He, nonkel Bunchy.
Hola, tío Bunchy.

Bunchy heeft een terugval.
Bunchy tuvo un desliz.

Maar iedereen zegt Bunchy.
Pero todo el mundo me llama Bunchy.

Had hij Bunchy misbruikt?
¿Fue él quien abusó de Bunchy?

Ik ben z'n broer, Bunchy.
Soy su hermano, Bunchy.

Bunchy, wat is er?
Bunchy,¿qué pasa?

Bunchy en Terry absoluut niet.
Bunchy y Terry, para nada.

Heeft hij Bunchy misbruikt?
¿Es el que abusó de Bunchy?

Ken je m'n broer Bunchy?
¿Conoces a mi hermano Bunchy?

Heeft hij Bunchy misbruikt?
¿Es el mismo que abusó de Bunchy?

Je bent echt goed voor hem, Bunchy.
Eres muy bueno con él, Bunchy.

Bunchy, je laat me schrikken.
Bunchy, eh, me estás asustando.