BARRY - vertaling in Nederlands

• barry
• barry's

Voorbeelden van het gebruik van Barry in het Spaans en hun vertalingen in het Nederlands

Vamos, Barry. Somos leones, hermano.- Cuatro leones.
Kom op Barry, we zijn leeuwen, vier leeuwen.

Es como Barry,… nadie se lo llevó
Is als arry,… niemand nam het

¿qué tal si le das a Barry un besito esquimal?
Dus wat dacht je nu… van een neuszoentje voor Barry?

Deja de llamarme Barry.
Noem me geen Barry.

¿Barry se siente mejor?
Het gaat beter met Barry.

serán Barry y Oliver.
zijn het Barry en Oliver wel.

todas las tiendas Bonzo Barry.
in alle winkels van Bonzo Barry.

Barry y yo, no nos llevamos bien.
Ik heb niet zo veel met Barry.

¿Cómo lo lleva Barry?
Hoe gaat het met Barry?

No pareces Barry.
Het lijkt niet op Barry.

Billetes de avión a Barry.
Vliegtickets naar Walworth.

A todo el mundo le cae bien Barry Allen.
iedereen is gek op Barry Allen.

Yo creía que se llamaba Barry.
Ik dacht dat het Barry was.

Esto es un Nobis"Barry",¿Vale, abuelo?
Dit is een Nobis 'Barry', opa?

Billetes de avión a Barry.
Vliegtickets naar Gowanbank.

No me llamo Barry.
Ik heet geen Barry.

Tú y Cisco resuelvan una forma de que Barry recupere la memoria.
Jij en Cisco vinden een manier om Barry's geheugen terug te krijgen.

pero me encanta Barry.
ik ben dol op Barry.

¿Cómo está Barry?
Hoe gaat het met Barry?

Pensaba que era Barry.
Ik dacht dat het Barry was.