Voorbeelden van het gebruik van Cincos in het Spaans en hun vertalingen in het Nederlands
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Acabo de encontrar dos cincos en el sofá!
Ik vond net twee vijfjes in de sofa!Cincos, tú y Tup tomen a diez de sus mejores hombres.
Fives, jij en Tup steunen Meester Tiplar met tien van jullie beste mannen.Cincos…¿Qué me está pasando?
Fives, wat gebeurt er met me?Dame todos tus cincos.
Geef mij al je vijfen.Los Cincos tienen miedo del mundo exterior y de su capacidad para enfrentarlo.
Cincos, te estamos escuchando.
Fives, we luisteren wel naar je.¡Cincos, no!
Fives, niet doen!Los Cuatros y los Cincos estarán de mi lado.
De Vieren en Vijven zijn 't met me eens.Hay dos cincos, varios unos. Uno de veinte.
Er zijn twee van vijf, een paar eentjes, één Cincos, Jesse, lo siento.
Fives, Jesse, het spijt mij.Yo sólo soy otra Tres. Y hay Cincos y.
Ik ben gewoon Drie, en zij zijn Vijven en.Tres cincos son 15,¿eh?
Drie maal vijf is vijftien?Cincos,¿a dónde vas?
Fives, waar ga je heen?Qué cincos?
Hoezo, vijven?¿Tienes cincos?
Heb je vijven?Cincos,¿qué están haciendo aquí?
Fives, wat doe jij hier?Reinas y cincos.
Vrouwen en vijven.No me gustan los cincos.
Ik hou niet van vijven.Un seis, un dos, dos cincos diez, tres.
Zes, twee, twee vijven… tien, drie.Tres cincos.
Drie vijven.
