Examples of using Een timer in Dutch and their translations into English
{-}
- 
                        Colloquial
                    
- 
                        Official
                    
- 
                        Ecclesiastic
                    
- 
                        Medicine
                    
- 
                        Financial
                    
- 
                        Computer
                    
- 
                        Ecclesiastic
                    
- 
                        Official/political
                    
- 
                        Programming
                    
Heeft vast een timer of zo.
Een timer op enkele gasflessen werd gevonden op de plaats van het ongeval.
Dat is een timer, en hij telt af.
En bouw een timer van een  horloge.
Een timer. Met nog 2 uur te gaan.
Het is zoals een timer voor de hersenen.
Of een timer instellen en snel weg gaan.
Een timer.- Laat zien.
Vast een timer.
Ik heb een Timer genomen door jou, Steph.
Er staat een timer op.
Er zit een timer op, trouwens.
Hebben we een timer?- Ja.
Abigail, zet een timer voor 12 minuten.
De bom heeft een timer en een  zelfontsteker.
Zolang een timer geblokkeerd is,
Jazeker. Bij elke deal zie je een timer staan.
Vrijwel alle accugeladen elektrische tandenborstels hebben een timer.
In de aktetas, met een timer.
De bom heeft een timer.