Examples of using Examinator in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Het traject wordt afgesloten met een toetsing van het competentieprofiel van de examinator.
Vanaf volgend academiejaar vindt u hem als examinator aan de IAO.
Slet katy jayne wordt onderhouden door een examinator.
Ik heet Roger en ik ben jouw examinator voor vandaag.
Het was de autosleutel van de examinator.
Nee, 1977, toen de examinator zei tegen mij.
ik ben je examinator.
Ik ben je examinator.
Leuk hoe je de ene met de examinator er bij haalde.
Ik sprak met m'n vriend wiens neef een examinator is.
slapen met de examinator?
Naast de wacht was elke stadspoort ook bemand met een examinator(onderzoeker) die alle mensen
je het niet eens bent met een schriftelijk besluit van bijvoorbeeld de examencommissie of van een examinator van je faculteit.
Ik stuur een examinator, en ik zal over een paar uur bij je komen kijken.
En van hem weten we alleen maar dat hij zijn rij examinator in elkaar heeft geslagen.
kwaliteit van hun opleiding, terwijl de functie van examinator identiek is in alle lidstaten.
andere geschriften voorhanden hebben of raadplegen, tenzij de examinator anders heeft beslist;
De tentamenopgaven na afloop van het tentamen inleveren, tenzij de examinator anders beslist;
De examinator is de persoon die belast is met het toekennen van het examenresultaat(van een deel) van een opleidingsonderdeel
kan zij uitzonderlijk het voorstel van de examinator aanpassen; deze beslissing wordt zorgvuldig gemotiveerd.