Examples of using Geeft de bevelen in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Ze geeft de bevelen.
Wie geeft de bevelen?
Papa geeft de bevelen en jij gehoorzaamt, toch?
Deze vent geeft de bevelen.
Niet Isambard Prince- en hij,- Je geeft de bevelen, en alle anderen, moet ze volgen.- Woof!
Niet Isambard Prince- en hij,- Je geeft de bevelen, en alle anderen, moet ze volgen.- Woof!
hiërarchie aanwezig zijn, iemand geeft de bevelen, iemand voort ze uit, die zijn niet zelf-rechtvaardigend.
hij al zei: 'U geeft de bevelen.
Maar zoals hij al zei: U geeft de bevelen'.
Ik geef de bevelen, en jullie voeren ze uit.
Ik geef de bevelen.
Verroer je niet. Ik geef de bevelen.
Wij geven de bevelen hier.
Ik geef de bevelen en jij voert ze uit!
Lk geef de bevelen.
Ik geef de bevelen hier!
Ik geef de bevelen hier.
Ik geef de bevelen en iedereen doet wat ik zeg, ook jij.