Examples of using Grant in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
En ik zou niet hebben gelogen Grant, maar ik had mijn redenen.
Grant gaat haar bellen.
Als hij Grant wilde vermoorden, was hij al dood.
Sarah was de ster. Grant had haar uitverkoren voor z'n plan.
Grant is neergeschoten!
Grant zal ons haten.
Dr. Grant, het is zo leuk om u te ontmoeten.
En Grant?
Grant voor u, meneer!
Dit is Grant zijn moment.
Samuel Grant heeft ons bij de kloten.
Ja, Charlotte en Grant waren in 't Upton.
Dus zij bepaalde of Grant naar de profs kon.
Grant niet, maar zijn oom zeker wel.
Dat was Grant zijn favoriete film.
Grant en zijn personage hebben hetzelfde probleem.
Grant heeft meerdere malen in het Londense West End gestaan.
Burnside tekende protest aan bij Grant, die Meade gelijk gaf.
Grant was tevreden met het behaalde resultaat.
Grant studeerde af aan de Universiteit van Texas in Austin in 1955.