Examples of using Je bar in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Waar is je BAR? Reiben!
Hé, Reiben, waar is je BAR?
waar is je BAR?
Hé, Reiben, waar is je BAR? Reiben.
Hé, Reiben, waar is je BAR? Reiben.
Reiben, waar is je BAR?
Hé, Reiben, waar is je BAR? Reiben?
waar is je BAR?
Hé, Reiben, waar is je BAR? Reiben?
Reiben. Hé, Reiben, waar is je BAR?
Hé, Reiben, waar is je BAR? Reiben?
waar is je BAR?
bouw een duikschool of haal ze over om in één van je bars, restaurants of hotels te verblijven.
Voor je bar?
Gefeliciteerd met je bar mitswa.
Plannen voor je bar?
Iedereen praat over je bar.
Mazzeltov met je Bar Mitzwah.
Zij hebben je bar afgebrand.
Mazeltov op je bar mitswa.