Examples of using Object in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Computer
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Dit object is niet een gelicentieerd product;
Een object mijn familie gezworen was te beschermen.
Maar ons belangrijkste object is dit.
Naastgelegen object Violettenstraat 12-bv is tevens beschikbaar.
Klik op Betalen naast het object waarvoor je geld wilt overmaken.
Kies Object> Rasteren als u de objecten voorgoed wilt rasteren.
Vrijwel elk object, ja.
Het object is rond, niet-poreus
En ik neem aan dat het object vernietigd werd bij de klap.
Een object op een foto kun je maar van één kant bekijken.
Interessant object en in goede staat.
Het volgende object is een echte oldtimer.
Object van tolerantie.
Bieders kunnen hun bod op uw object intrekken.
Hij heeft een stuk van het object.
Object verstuiven door boetseren of verven.
Na oplevering is het object verkocht aan een belegger.
Het krachtigste object in het hele winkelcentrum.
Vergelijkbare actieve objecten bekijken Een soortgelijk object verkopen 10-jul 18:40.
Ik geef u toegang tot het object.