Examples of using Tomás in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Waarom?- We gaan Tomás halen.
Welkom, Tomás.
Ik wist wel dat meneer Tomás een goed mens is.
Ga niet, Tomás.
Die vrouw is verdorven, Tomás.
Daarom kende jij sergeant Tomás.
Hoelang werk je al voor Tomás Orlando?
Nog één ding, Tomás.
Hallo, ik ben Tomás Orlando.
Ze is bang, Tomás.
Het is een lang verhaal, Tomás.
Laten we niets overhaasten, Tomás.
Lieverd, je zei niet dat Tomás zou komen.
Ik heb expres niets gezegd over Tomás.
Ze kan me over Tomás vertellen.
En dan heb ik ook nog ruzie gehad met Tomás.
Tomás, He?
Tomás, ik wil dat je weet dat we ook bidden voor Emilia.
Tomás, ik heb twee kinderen.
Bing- Uitzendbureaus santo tomás san salvador el salvador.