Examples of using Was net in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Hij was net z'n moeder verloren.
Het was net alsof.
Kijk, Ik was net aan het denken.
Ik was net bij de gieterij.
Je was net goed genoeg.
Ik was net met Eloise aan de telefoon.
Ik was net met Laurie. Wacht, wat?
Ik was net naar bed gegaan.
Hij was net aangekomen met een Bajoraan die zegt dat hij zijn pa is. .
Ik was net aan het sluiten.
Ik was net in de fabriek waar ze deze dingen maken.
Je was net zoals ik.
Ik was net aan de telefoon met de man op de foto.
Ik was net Daria aan het controleren. Dr. Manning.
Haar vader was net overleden.
Het was net als een jeuk waar ik aan moest krabben.
Ik was net 't hek aan 't bewonderen.
Ik was net hier met die'Lancashire Rose' gast.
Ik was net kennis aan het maken met je vrienden.
Ik was net aan de telefoon, met de politie.