Examples of using Back to the office in English and their translations into Dutch
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Just come back to the office.
Back to the office. Now.
Nu. Ik moet weer aan het werk.I better get back to the office.
Goed… ik kan maar beter teruggaan naar kantoor.We're going back to the office.
We gaan terug naar het bureau.You coming back to the office?
Kom je weer naar kantoor?I gotta get back to the office.
Lk moet terug naar kantoor.He called us and went back to the office.
Hij belde ons en ging terug naar de zaak.I should get back to the office.
Ik moet terug naar het Bureau.I should probably get back to the office.
Ik moet weer naar kantoor.Back to the office.
Terug naar kantoor.Go back to the office.
Ga terug naar het bureau.I gotta head back to the office.
Ik moet terug naar kantoor.I gotta head back to the office.
Ik moet weer naar kantoor.And get back to the office.
Ik moet terug naar het Bureau.I better get back to the office.
Lk moet terug naar kantoor.I better be getting back to the office.
Ik ga maar weer naar kantoor.Getting back to the office.
Ik moet terug naar het Bureau.I gotta get back to the office.
Ik moet zo terug naar kantoor.Get back to the office now.- Yes?
Kom terug naar het bureau.- Ja?I better get back to the office.
Ik ga maar terug naar kantoor.
