CAN'T WIN in Dutch translation

• kunt niet winnen
• mag niet winnen
• kan nooit winnen
• niet kan winnen
• kan niet winnen
• kunnen niet winnen
• niet kan overwinnen

Examples of using Can't win in English and their translations into Dutch

Archdale can't win.
Archdale kan niet winnen.

I know… I can't win tomorrow.
Ik weet dat ik morgen niet kan winnen.

You can't win, my friend.
Je kunt niet winnen, mijn vrienden.

We can't win without him.
We kunnen niet winnen zonder hém.

Our man can't win.
Onze man kan niet winnen.

I think he knows he can't win.
Hij beseft wel dat hij niet kan winnen.

You can't win if you don't play.
Je kunt niet winnen als je niet meespeelt.

We can't win if we don't play.
We kunnen niet winnen als we niet spelen.

Our sort can't win.
Ons soort kan niet winnen.

They chose this game so that you can't win.
Ze kozen dit zodat jij niet kan winnen.

You can't win, Scar!
Je kunt niet winnen, Scar!

We can't win, not anymore.
We kunnen niet winnen, niet meer.

Sloan can't win.
Sloan kan niet winnen.

I'm not pursuing a case I can't win.
Ik werk niet aan zaken die ik niet kan winnen.

You can't win, Baba Voss.
Je kunt niet winnen, Baba Voss.

Do you mean we can't win?
Dus we kunnen niet winnen?

You can't win.
U kan niet winnen.

He says that Lolly C can't win.
Hij zegt dat Lolly C niet kan winnen.

You can't win this. Castiel.
Castiel, je kunt niet winnen.

Them darn fools, they can't win.
Ze kunnen niet winnen.