EGG in Dutch translation

• egg
• een ei
• eieren
• eicel
• ei
• een eitje
• eicellen

Examples of using Egg in English and their translations into Dutch

Was it your egg or an implanted embryo?
Was het uw eicel of een geïmplanteerde embryo?

So much egg, beets thick.
Zoveel eieren en bieten, zo dik.

And Egg called an hour ago.
En Egg heeft een uur geleden gebeld.

Egg in wrap of smoked duck.
Een eitje ingepakt met gerookte eend.

My egg's about to drop.
Mijn eicellen staan op springen.

Big fat yak egg.
Groot vet ei van een jak.

Anyone want some egg in a cup?
Wil iemand een ei in een beker?

One egg for 45 lira?
Eieren voor 45 lire per stuk?

It was her egg but… but he is my son.
Het was haar eicel, maar Eli is mijn zoon.

I hear you're teaching egg how to swim?
Jij leert Egg zwemmen, hoorde ik?

Another hard boiled egg, anyone? Sylvia.
Nog een gekookt eitje, iemand? Sylvia.

And Borowy took the egg from her?
En Borowy heeft de eicellen van haar gebruikt?

Two egg sandwiches so?
Twee broodjes ei dus?

An e-mail egg, sent today.
Een e-mail ei, vandaag verzonden.

Open it. Ham and egg on rice?
Ham eieren en rijst? Open het?

But he is my son. It was her egg but.
Het was haar eicel, maar Eli is mijn zoon.

Egg, you will never need to know.
Egg, jij hoeft die nooit te weten.

Egg fertilization is a quantity game.
Een eitje bevruchten is een kwaliteitsspelletje.

My egg is ready.- Sorry.
M'n eicellen staan op springen. Neem me.

Beat egg slightly, and adds to the previous Bowl.
Klop ei iets, en worden toegevoegd aan de vorige Bowl.