ISABELLE in Dutch translation

isabelle
lsabelle
isabella
isobel

Examples of using Isabelle in English and their translations into Dutch

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Ecclesiastic category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Computer category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Sir… Isabelle wants to do a test.
Meneer… Isabelle wil een test doen.
Hostess Isabelle provides a warm welcome in an authentic decor.
Gastvrouw Nele zorgt voor een warm onthaal in een authentiek decor.
If isabelle accepts me.
Als Isabelle me accepteert.
Take it Isabelle, lead us to glory!
Pak het Isabelle. Breng ons de glorie!
No. Isabelle has no alibi,
Nee. Isabelle heeft geen alibi,
Isabelle is very nice
Daphnee is een erg zorgzaam
With Matthew.- Didn't Isabelle say?
Zei Isabelle dat niet? Met Matthew?
Isabelle, 38, regularly has spa treatments to help cure her psoriasis.
De 38-jarige Isabelle doet regelmatig een thermale kuur om haar psoriasis te behandelen.
Isabelle, what's your deal?
Isabelle, wat is jouw deal?
The real Isabelle is in that car park.
Is de echte Isabelle.
Isabelle, can I tell you something very personal?
Isabelle, mag ik je iets heel persoonlijks vertellen?
Isabelle and her husband are very welcoming.
Zia en haar grootmoeder zijn zeer aangenaam.
Didn't Isabelle say? With Matthew.
Zei Isabelle dat niet? Met Matthew.
The hosts Isabelle and her friend Roland are very nice.
De gastheren Isabelle en haar vriend Roland zijn erg leuk.
Isabelle and I were a good team.
Isabelle en ik waren een goed team.
Isabelle was my girlfriend.
Isabella was mijn vriendin.
And… Not everybody heals as fast as Isabelle.
En niet iedereen geneest zo snel als Isabelle.
The lovely Isabelle was a superb hostess.
De prachtige Isabelle was een fantastische gastvrouw.
I want Isabelle to outlive us.
Ik Wil dat Isabelle ons overleeft.
Thank you Isabelle and Patrick for warm welcome!
Een grote dank aan Isabelle en Patrick voor hun welkom,!
Results: 2303, Time: 0.108

Top dictionary queries

English - Dutch